Hoe herken ik faalangst?
Faalangst kan op verschillende manieren tot uiting komen, en het is belangrijk om de signalen tijdig te herkennen. Deze angst beïnvloedt niet alleen het denken van een jongere, maar kan ook zichtbaar worden in lichamelijke en gedragsmatige reacties. Hieronder zetten we de verschillende vlakken waarop faalangst zich kan manifesteren uiteen.
1. Lichamelijke symptomen van faalangst:
Faalangst gaat vaak gepaard met fysieke klachten door stress. Jongeren kunnen zich ongemakkelijk voelen bij prestaties zoals toetsen of presentaties. Symptomen zijn:
- Hoofdpijn door spanning.
- Nervositeit, zoals zweten of een verhoogde hartslag.
- Vermoeidheid door aanhoudende stress.
- Misselijkheid of buikpijn, vooral bij uitdagende taken.
2. Gedragsmatige symptomen van faalangst:
Jongeren met faalangst vertonen vaak gedragsveranderingen om falen te vermijden, zoals:
- Voortdurend bevestiging zoeken bij leraren of ouders.
- Terugtrekken uit sociale situaties of activiteiten.
- Overgevoelig reageren op kritiek.
3. Cognitieve symptomen van faalangst:
Faalangst beïnvloedt het denken, met kenmerken zoals:
- Negatieve gedachten ("ik kan dit niet").
- Piekeren over mogelijke mislukkingen.
- Tunneldenken, waarbij alleen op falen wordt gefocust.
- Black-outs onder extreme spanning, zelfs bij goede voorbereiding.
Door op deze verschillende vlakken de symptomen van faalangst te herkennen, kan er tijdig worden ingegrepen om de jongere te ondersteunen en te helpen bij het ontwikkelen van copingstrategieën om met de angst om te gaan.
Het is belangrijk om te weten dat niet al deze voorbeelden bij iedereen voorkomen, dat er nog meer signalen kunnen zijn en dat een selectie van symptomen zeker mogelijk is.
Hoe kan je ermee omgaan?
Een mogelijkheid om met faalangst om te gaan is door het GGGG-schema te gebruiken. Dit is een tool uit de cognitieve gedragstherapie (CGT) die helpt om inzicht te krijgen in de wisselwerking tussen je gedachten, gevoelens en gedrag. Het doel is om negatieve patronen te doorbreken en meer controle te krijgen over je emoties en reacties.
De vier stappen zijn:
- Gebeurtenis: De situatie die je reactie triggert (bijv. een slechte beoordeling).
- Gedachte: Wat je denkt over de situatie (bijv. "Ik ben dom").
- Gevoel: De emoties die je ervaart door die gedachten (bijv. angst of onzekerheid).
- Gedrag: Hoe je daarop reageert (bijv. vermijden van de volgende opdracht).
Het schema helpt je bewust te worden van deze patronen, zodat je negatieve gedachten kunt vervangen door realistischere, wat leidt tot gezonder gedrag. Het wordt veel gebruikt bij problemen zoals faalangst en onzekerheid.
Herken je jezelf in deze signalen en wil je graag ontdekken hoe je hier nog meer mee kan omgaan? We kunnen samen in persoonlijke begeleiding op maat een aanpak vinden die bij jou past. Neem gerust contact op via [email protected].
Jolien Vullers - Klinisch orthopedagoog, psychologisch consulent
0489 23 98 38