Het beroepsgeheim van de professionele hulpverlener

Elke professionele hulpverlener is gebonden aan beroepsgeheim. Wanneer mag een hulpverlener het beroepsgeheim doorbreken?

6 min. to read

Het beroepsgeheim is van toepassing op alle personen die omwille van hun beroep een noodzakelijke vertrouwenspersoon zijn.

Dit beroepsgeheim is noodzakelijk om een goede en duurzame vertrouwensband op te bouwen met de cliënt maar ook om de cliënt te beschermen. Het beroepsgeheim is wettelijk bepaald.

Wanneer schendt je het beroepsgeheim?

Het beroepsgeheim schenden kan zowel mondeling, schriftelijk als non-verbaal zijn. Hier wordt o.a. bedoelt dat de hulpverlener vertrouwelijke informatie zelf deelt of bevestigend reageert wanneer iets wordt gevraagd. Ook enkel bevestigend knikken kan dan gezien worden als het chenden van beroepsgeheim.

Alles wat de hulpverlener verneemt via de cliënt of via derden (familie, arts, leerkracht, …) wordt aanzien als een toevertrouwd geheim en is dus onderhevig aan het beroepsgeheim. Het verbreken van het beroepsgeheim dient opzettelijk te gebeuren, 'wetens en willens' te gebeuren'.

Er bestaan acht uitzonderlijke omstandigheden waar de professionele hulpverlener zijn beroepsgeheim kan/mag verbreken.  

  1. Een getuigenis in rechte

Dit is een situatie waarin een rechter (onderzoeksrechter, straf- of burgerlijke rechter) de hulpverlener vraagt om te praten of om iets af te geven. De hulpverlener mag maar moet niet antwoorden. Het is een spreekrecht en geen spreekplicht.

Als een politie-agent vraagt om het beroepsgeheim te schenden, kan en mag dit enkel gebeuren als hij een brief kan voorleggen dat aan de hulpverlener gericht is en opgemaakt is door een onderzoeksrechter. Als deze brief is opgemaakt door een procureur of een expert is niet rechtgeldig om het beroepsgeheim te schenden.

  1. Ter berscherming van een minderjarige

De wet omschrijft het als volgt:

Artikel 458bis Sw: Eenieder, die uit hoofde van zijn staat of beroep houder is van geheimen en hierdoor kennis heeft van een misdrijf zoals omschreven in de artikelen 371/1 tot 377, 377quater, 379, 380, 383bis, §§ 1 en 2, 392 tot 394, 396 tot 405ter, 409, 423, 425, 426 en 433quinquies, gepleegd op een minderjarige of op een persoon die kwetsbaar is ten gevolge van zijn leeftijd, zwangerschap, partnergeweld, een ziekte, gebruiken van geweld gepleegd omwille van culturele drijfveren, gewoontes, tradities, religie of de zogenaamde "eer", dan wel lichamelijk of geestelijk gebrek of onvolwaardigheid, kan, onverminderd de verplichtingen hem opgelegd door artikel 422bis, het misdrijf ter kennis brengen van de procureur des Konings, hetzij wanneer er een ernstig en dreigend gevaar bestaat voor de fysieke of psychische integriteit van de minderjarige of de bedoelde kwetsbare persoon en hij deze integriteit niet zelf of met hulp van anderen kan beschermen, hetzij wanneer er aanwijzingen zijn van een gewichtig en reëel gevaar dat andere minderjarigen of bedoelde kwetsbare personen het slachtoffer worden van de in voormelde artikelen bedoelde misdrijven en hij deze integriteit niet zelf of met hulp van anderen kan beschermen.

Je bent niet verplicht om op basis van artikel 485 bis SW naar het parket te stappen, tenzij artikel 422bis SW van toepassing is. Dit is het wetsartikel dat sanctioneert omdat je een andere persoon in nood niet helpt. Je moet in deze situatie praten, want anders is er sprake van schuldig verzuim en schuldig verzuim is strafbaar. Schuldig verzuim is trouwens van toepassing op elke burger en niet alleen op professionals die onderworpen zijn aan beroepsgeheim.

  1. In casusoverleg met andere professionelen ter intervisie of supervisie

De wet omschrijft het als volgt:

Artikel 458ter SW voorziet dat er geen sprake is van de overtreding van het beroepsgeheim bij casusoverleg. Concreet zegt deze wet § 1. Er is geen misdrijf wanneer iemand die uit hoofde van zijn staat of beroep houder is van geheimen, deze meedeelt in het kader van een overleg dat wordt georganiseerd, hetzij bij of krachtens een wet, decreet of ordonnantie, hetzij bij een met redenen omklede toestemming van de procureur des Konings. Dit overleg kan uitsluitend worden georganiseerd, hetzij met het oog op de bescherming van de fysieke en psychische integriteit van de persoon of van derden, hetzij ter voorkoming van de misdrijven bedoeld in Titel Iter van Boek II of van de misdrijven gepleegd in het raam van een criminele organisatie, zoals bepaald in artikel 324bis. De in het eerste lid bedoelde wet, decreet of ordonnantie, of de met redenen omklede toestemming van de procureur des Konings bepalen ten minste wie aan het overleg kan deelnemen, met welke finaliteit en volgens welke modaliteiten het overleg zal plaatsvinden. § 2. De deelnemers zijn tot geheimhouding verplicht wat betreft de tijdens het overleg meegedeelde geheimen. Eenieder die dit geheim schendt, wordt gestraft met de straffen bepaald in artikel 458. De geheimen die tijdens dit overleg worden meegedeeld, kunnen slechts aanleiding geven tot de strafrechtelijke vervolging van de misdrijven waarvoor het overleg werd georganiseerd

  1. Ter verdediging tov de cliënt die een klacht indient

De hulpverlener mag zichzelf verdedigen als de cliënt een klacht tegen hem indient bij een burgerlijke of strafrechtelijke rechtbank. Het recht op verdediging primeert boven het beroepsgeheim (artikel 6 van het Europees verdrag van de rechten van de mens) op het niveau van de rechtbank. Maar de hulpverlener mag geen informatie delen via de media als zorgverstrekker.

  1. Bij een noodtoestand (Suïcide of andere gevaarstoestanden aan derden)

Als de hulpverlener of de cliënt in een noodtoestand zit, mag de hulpverlener beslissen om het beroepsgeheim te doorbreken. Deze noodtoestand betaat erin dat er iemand in gevaar is. De hulpverlener kan bepalen om dan niet naar het Parket te gaan maar contact op te nemen met een gezinslid of vertrouwenspersoon van de client.

  1. Gedeeld beroepsgeheim

Gedeeld beroepsgeheim is sinds 2012 geregeld door een uitspraak van het Hof van Cassatie. Dit arrest voorziet dat het beroepsgeheim niet geschonden wordt als de geheime informatie gedeeld wordt met anderen die ook gehouden zijn aan beroepsgeheim, mits er sprake is van eenzelfde doelstelling door de verschillende betrokkenen. De toestemming van de cliënt is geen vereiste volgens dit arrest om de informatie te delen. Artikel 19 van de kwaliteitswet zegt wel dat de toestemming van de cliënt noodzakelijk is. Deze wet wordt van toepassing vanaf 1 juli 2021. De GDPR van Centrum Wijk waarin dit wordt opgenomen, kan je downloaden bij onze FAQ. Mocht je niet akkoord zijn of hier vragen over hebben, neem dan zeker contact op.

  1. Toestemming cliënt

De cliënt kan de toestemming geven om de situatie met anderen te bespreken maar dit ontslaat de hulpverlener niet automatisch van het beroepsgreheim. Het beroepsgeheim is namelijk van openbare orde. Het schenden van het beroepsgeheim, zelfs met toestemming van de cliênt moet onder de loep genomen worden. Het schenden moet beperkt worden door het doel waarvoor het dient en moet in het belang zijn van de cliënt en de openbare orde.

  1. Strafbare feiten

Beroepsgeheim mag door de hulpverlener verbroken worden als de cliënt het slachtoffer is van een strafbaar feit.

Als de cliënt dader is van een strafbaar feit mag het beroepsgeheim niet aan de kant gezet worden. Tenzij er gelijktijdig sprake is van een noodtoestand. In dat laatste geval mag het beroepsgeheim wel verbroken worden.

Heb je hier meer vragen over, neem dan contact op met je hulpverlener.

Tags